donderdag 6 oktober 2011

Zorgeloosheid

Nu klettert de regen weer tegen het raam. Maar wat hadden we de afgelopen weken heerlijke zomerse dagen, nog onverwachts. Iedereen was er  blij mee. Want het is een vreemde zomer geweest. Veel regen, en weinig echt warme zonnige dagen. Mijn zomerjas hangt meestal meer aan de kapstok dan dat ik hem draag, maar dit jaar was de jas echt erg aan een wasbeurt toe, zoveel is hij gedragen. 

Ik houd niet zo van heel hoge temperaturen, en mijn geluk hangt niet zozeer van het weer af. Dat is, zeg maar, weersonafhankelijk. Maar toch miste ik deze zomer iets. Als ik er over nadenk wat dat is, besef is dat het ‘zorgeloosheid’ is.

Deze zomer kon je niet een raam open laten staan als je even van huis ging, of je boek in de tuin laten liggen. Je moest altijd een regenjas mee, waar je ook heen ging, en als je de was in de tuin had opgehangen, moest je steeds op je qui-vive zijn. Deze zomer zijn we weinig gaan zwemmen. Soms moesten we omkeren, omdat er ineens onweer aan kwam. Deze zomer kon je niet spontaan op pad gaan.

Want dat is nou eigenlijk juist het heerlijke van de zomer: dat alles zoveel makkelijker en meer ontspannen is. De dag duurt lang en het blijft licht en warm. Je hoeft niet veel kleren aan en je hoeft niet altijd van alles mee te nemen. De was is zomaar droog en ruikt vanzelf fris. Op zomeravonden hoef ik ook niet altijd te werken en is er tijd om wat later te eten, langer te blijven zitten of nog even te gaan zwemmen in de plas vlakbij. 

Het doet me denken aan een gedicht van Bert Schierbeek, waar een mooie Plint-afbeelding bij gemaakt is, vol zorgeloze kleuren:

hoe
als je je
met zorgeloosheid
kon omringen
en dat dat
je ruimte was

Echinacea purpurea in de botanische tuin van Bern

We moeten de zorgeloosheid van de zomer missen. Maar iets ervan moeten we af en toe in ons leven ervaren. Momenten van vrijheid en ontspanning: ieder mens heeft het nodig.

In ons gezin lezen we elkaar altijd boeken voor. Met heel veel plezier hebben we sommige boeken meerdere keren voorgelezen, voor elk kind opnieuw. En de anderen luisterden vaak met enthousiasme wéér. Een van die boeken is  Ronja, de Roversdochter van Astrid Lindgren. Daarin staat een prachtige beschrijving van zorgeloos zomergevoel. Want daar in het Noorden was de winter nog heviger en dus de zomer des te kostbaarder. Ronja zegt in het boek tegen haar vriend Birk: 

“Ik zuig net zoveel zomer in me op als wilde bijen honing. Ik verzamel binnen in me een hele klomp zomer waarvan ik kan leven als het geen zomer meer is. Weet je wat er in die klomp zit? Het is de klomp van zonsopgangen en bosbessenstruiken vol rijpe bessen en de sproeten op jouw armen. En maanlicht in de avond boven de rivier en sterrenhemels en het warme bos in de middag als de stam op de stammen schijnt. En ook motregen in de avond en eekhoorntjes en vossen. Het is een klomp van alles wat met de zomer te maken heeft.”

De kunst is om dergelijke verzamelingen aan te leggen .. niet alleen in de zomer, maar ook in andere jaargetijden. De kunst is om iets van die zorgeloosheid en schoonheid te ervaren én vast te houden. Want daar kunnen we de winter mee toe.