vrijdag 27 juli 2012

Een wijze les


Wat een stress, die examens. Niet alleen voor de scholier, maar ook voor zijn moeder. We moeten nu wachten op de uitslag en zijn echt even toe aan wat anders. Wat al heel lang op ons verlanglijstje staat, is een bezoek aan Artis. Dus stappen we in de trein naar Amsterdam.

Het regent pijpestelen. Maar gelukkig vinden we een tram die ons vlakbij Artis afzet en zijn er daar allerlei overdekte dierenverblijven. Er zijn toch veel mensen: schoolklassen en ook  ouders met heel jonge kinderen: babies, peuters en kleuters.

Toen onze kinderen nog zo klein waren, ging ik met ze naar een kinderboerderij. Pas toen ze wat ouder waren gingen we naar de dierentuin. Soms stonden we lange tijd bij één dierenverblijf te kijken. Zo zagen we in Burgers Zoo eens een slang vervellen, een proces dat bijna een uur in beslag nam. Als kinderen groter zijn, gaan ze méér zien en gaan ze ook oog krijgen voor diergedrag. Ook hebben ze geduld om stil te wachten tot een dier te voorschijn durft te komen of haar jongen gaat voeren.

Nu staan we een poos te kijken bij de  gorilla’s. Een moeder ligt lekker met haar jong in de armen, een ander jong zit op de rug van een grote aap en gaat zo overal mee naar toe. Een klein aapje is de wereld op eigen houtje aan het ontdekken en klimt op een boomstam, waar hij vervolgens bijna af valt.  Een grote aap slaat tegen het raam waarachter wij  staan te kijken. Het is een duidelijk signaal: weg jullie, pottenkijkers. Ik schrik er van ... want wat lijken deze apen toch op mensen. Ik zou het zelf ook niet fijn vinden als er zoveel ogen naar mij zouden kijken, dag in dag uit.

Gorilla met jong, foto: Auke-Florian Hiemstra

Dankzij zo’n  aap bedenk ik ineens hoe vreemd een dierentuin eigenlijk is: je haalt dieren uit hun eigen landschap en omgeving en zet ze hier gevangen, zodat wij ernaar kunnen kijken. De leeuw, liggend in zijn hok – voor ons van zo dichtbij te zien – hij kan niet jagen en rennen zoals waar hij thuishoort. Het heeft iets tegenstrijdigs: je wilt het bijzondere van deze dieren laten zien, en terwijl je dat doet, gaat er toch ook iets verloren. Sommige dieren zwemmen of lopen steeds hetzelfde rondje. Hoe ervaren deze dieren het, dat ze niet verder kunnen zwemmen, niet vrij zijn? De gorilla’s zijn zich in elk geval bewust van deze situatie, en het is duidelijk niet altijd fijn voor ze.



Verderop kijken we  een hele tijd in de vlindertuin. De vlinders hebben prachtige kleuren en patronen. Wat zijn veel dieren  mooi  .. dat zou je niet zo prachtig kunnen bedenken. We ontdekken vandaag  dat de naam ‘Artis’ een afkorting is van ‘Natura artis magistra’, wat betekent: de natuur is de leermeesteres van de kunst. Dat is een toepasselijke naam: al die mooie kleuren en vormen uit de natuur zijn een voortdurende bron van inspiratie voor mensen. 

foto: Auke-Florian Hiemstra

Je verwondert je ook over al die verschillende vormen van leven, al die dieren die hun eigen aard en eigen manier van leven hebben. Steeds weer ontdekken mensen nieuwe, nog onbekende dieren en planten. Meer en meer kunnen we doordringen tot de schoonheid en de wonderen van de natuur: via microscopen en telelenzen of via de ontdekking van het DNA bijvoorbeeld. 

Terwijl we daar rondlopen, en maar enkele van de vele, vele dieren op de wereld van dichtbij bekijken, besef je hoe groots die natuur is. Bij sommige dieren staat vermeld hoe weinig van deze soort nog in het wild voorkomen. En zo besef je ook hoe kwetsbaar die natuur is. Wij mensen maken onbewust zoveel kapot. Als we dat in een dierentuin gaan ontdekken... dan is het niet voor niets. Dan leveren de leeuw die niet meer kan jagen  en de gorilla die op het raam moet bonken, een wezenlijke bijdrage. Het is goed dat er veel kinderen – maar ook jongeren en volwassen - naar de dierentuin komen: er is een wijze les te leren!