donderdag 24 december 2015

Kerst en de verwondering

Kerstmis is meer en meer een profaan feest aan het worden. In sommige winkels liggen al sinds oktober kerstartikelen. Bij Kerst horen allerlei tradities zoals het bereiden van een kerstdiner, het eten van kerststol en het versieren van een boom. Naar de kerk gaan is voor sommigen ook nog een traditie met Kerst. ‘Als ze alleen maar met Kerst komen, hoeft het voor mij niet’, hoor ik mensen wel eens mopperen. En ze veroordelen de meer profane tradities die toch niets met het kerstfeest te maken hebben.

Veel feesten hebben een kerkelijke oorsprong. Soms sluiten ze bovendien op oudere tradities aan. Want eind december zijn de dagen het kortst en duurt het donker het langst. Juist dan verlangen mensen naar het licht. Midwinter, een voorchristelijk feest, is zo omgebogen tot Kerstmis. 

Nu Nederlanders steeds minder kerkelijk gebonden zijn, is de religieuze oorsprong  van de feesten voor veel mensen meer en meer onbekend. Dat is jammer, maar niet zo heel vreemd. Want hoe leg je Pasen of Pinksteren uit aan iemand die niet meer met geloof en kerk is opgegroeid? Het zijn vreemde verhalen, met symboliek die velen niet meer herkennen. Wanneer je de achtergronden en de diepere bedoeling niet kent, worden het ook onbegrijpelijke verhalen.

Nu is Kerst in dit opzicht een uitzondering. Want het kerstverhaal gaat over de geboorte van een kind. En dat is iets wat velen kennen. Meer nog: velen hebben dat ook als iets bijzonders, als een wonder ervaren. Een pasgeboren kind roept bij veel mensen tederheid en verwondering op, de drang tot beschermen en koesteren, en een gevoel van verantwoordelijkheid. Een pasgeboren kind brengt vaak ook verbondenheid: families die zich verheugen over de geboorte van een nieuwe loot aan de stam,  de oudere generatie die een nieuwe in de armen houdt. De geboorte van een kind brengt mensen bij elkaar en legt een lijntje naar de toekomst.


Het spreekt van hoop voor de toekomst, een nieuw begin ondanks donker, moeite en zorg. Het kerstverhaal staat dichtbij mensen en is herkenbaar. Het appelleert aan het verlangen naar toekomst, aan de gevoelens van verwondering wanneer nieuw leven ter wereld komt. Het kerstverhaal past juist in de koude, donkere maanden van de winter omdat wij dan behoefte hebben aan warmte, geborgenheid en licht.

Het kerstverhaal is een religieus verhaal, maar tegelijkertijd een heel menselijk verhaal. De geboorte van een kind raakt mensen. Theologisch gezien is het niet het belangrijkste feest van de kerk, maar op een andere manier is het wel weer belangrijk: het verbindt mensen met elkaar en met het verhaal van de hoop en de liefde. Meer dan de andere kerkelijke feesten is Kerstmis een feest wat dichtbij mensen komt. Theologisch is dat ook nog eens helemaal in orde, omdat het juist vertelt over hoe God in een mens zichtbaar wordt. Daarmee is het een kans: om mensen mee te laten vieren, te laten delen in de hoop, dat kleine kwetsbare kind, dat flakkerende vlammetje in het donker van de tijd. 


In onze tijd zijn de oude verhalen en de kernwaarden van het geloof niet meer vanzelfsprekend. Ze zijn vaak weerbarstig en vormen meer een barrière dan een brug. Het kerstverhaal leert ons hoe het ook anders kan: hoe in de gewone dagelijkse dingen iets van het goddelijke zichtbaar kan worden. Laten we zo ook eens kijken naar de tradities rond Kerst: als manieren om iets van het goddelijke te ervaren in onze soms zo donkere wereld.

Misschien is het wel de uitdaging om onze kerkelijke feesten zó te vieren dat ze meer aansluiten bij wat mensen ervaren en kunnen begrijpen. We moeten ervoor waken dat onze kerkdiensten een Chinees schouwspel lijken (1), waar mensen niets van begrijpen en wat hen daardoor niet meer raakt. 

Hoe spreken wij in onze kerk over dit verhaal van de hoop? Spreken wij taal die mensen verstaan? Sluiten wij aan bij wat mensen in hun eigen leven ervaren? Het is een uitdaging om in déze tijd kerk te zijn. Het vraagt openheid naar mensen, naar hun verhalen en ervaringen. Het vraagt om een soms wat andere taal dan wij in de kerk gewend zijn. Zodat het verhaal van de hoop verteld én gehoord blijft worden. Straks, met Kerst … en in het nieuwe jaar 2016!


[1] Arjan Plaisier, scriba PKN Trouw 1-10-2015